Soms
wil je geen Inca-ruïne bezoeken. Soms wil je naar de bioscoop. Zoals
normale mensen doen. Een half jaar homo turisticus zijn, dat
houdt niemand vol.
Het
stadje Coca heeft een bioscoop. Dat verbaast me. Coca is een vlek in
het achterland, de laatste nederzetting van betekenis voor het
Amazone-regenwoud begint. In Coca stoppen de wegen. Wie verder wil,
volgt de rivier Napo tot de grens met Peru, of nog verder tot de Napo
de Amazone wordt bij de junglestad Iquitos. Coca werd gebouwd in de
jaren '60 als nederzetting voor oliewerkers. Tegenwoordig is het ook
een springplank voor eco-toeristen, maar langer dan een paar uur
blijven ze niet in de zweterige, hete buitenpost die Coca is.
Ik
herinner me de enige bioscoop in Granada, de tweede stad van
Nicaragua. Granada is groot, historisch, cultureel en toeristisch,
maar de bioscoop had die week slechts één film is de aanbieding: de
science-fiction prent District
9. Over
de projectie lag een
roze waas.
De
bioscoop in Coca bevindt zich op de bovenste verdieping van een klein
winkelcentrum. Het nieuwe winkelcentrum is op de groei gebouwd, want
de meeste winkels staan leeg. Er is niemand. De popcorn popt voor Jan
Lul. Er zijn twee zalen. Het aanbod films die dag is kwantitatief
groot, maar kwalitatief karig. De beste optie lijkt me The
Hunger Games 2.
De film begint zodra ik de volledig lege zaal
binnenloop. Geen reclame, geen voorfilmpjes. Na twee minuten voel ik
nattigheid. De blinkende bordjes met 'Dolby Digital Surround' in
gouden letters op de deuren beloofden goed geluid, maar de film
klinkt dof en blikkerig. Het beeld is donkerder dan het zou moeten
zijn. En ik hoor stemmen, ondanks dat er hier niemand is. Gepraat,
meisjesgiechels, zelfs het kraken van popcorn. Ik moet rekening
houden met de mogelijkheid dat ik gek aan het worden ben, maar het is
waarschijnlijker dat de stemmen in het geluid van de film zitten, en
dat betekent dat ik naar een illegale kopie kijk...
De distributie van officiële filmschijfjes in
Latijns-Amerika ten zuiden van Mexico is nogal problematisch. Wat de
straatverkopers aanbieden zijn allemaal kopieën, wat de
marktkraampjes aanbieden zijn allemaal kopieën, wat de winkel op de
hoek aanbiedt zijn kopieën. Zelfs helverlichte zaken met blinkende
ramen in chique winkelcentra verkopen dikwijls kopieën. Een legale
film vinden is hier veel moeilijker dan een illegale film. Maar
ongegeneerd een kopie in een bioscoop vertonen, dat is een primeur.
Opeens snap ik hoe een stadje van drie man en een paardenkop als Coca
een bioscoop kan hebben.
Ik zal het maar toegeven: net als de meeste kinderen van
mijn generatie ben ik een downloader. Thuis heb honderden kopiefilms.
Wel van uitstekende kwaliteit uiteraard, zonder popcorn-gekraak in
het geluid. Dat ik nooit betaal voor een filmschijfje, bezorgt me
geenszins een moreel dilemma. Integendeel, ik denk dat het
download-tijdperk een zege is voor de film. De studio's rapporteren
nog altijd recordwinst na recordwinst, de budgetten voor blockbusters
rijzen de pan uit. Er wordt nog altijd zat geld verdient en ik draag
daar m'n steentje aan bij, want ik ga zeker twintig keer per jaar
naar de bioscoop. Omdat een kaartje 9 euro kost, betaal ik dus een
kleine 200 euro per jaar aan contributie voor mijn lidmaatschap van
de club van filmliefhebbers, en dat is meer dan voldoende.
Ja,
maar de kleine, onafhankelijke arthouse-filmmaker
dan? Hoe moet die z'n boterham verdienen met zijn kunst? Hij heeft
bij uitstek voordeel van de uitvinding van de download, durf ik te
stellen. Woody Allen was nooit een commercieel succes ten tijde van
bejubelde films als Annie Hall
en Manhattan, maar
afgelopen jaar sleepte Blue Jasmine
een recordwinst voor Allen binnen. Ik kan het niet hard maken, maar
ik denk dat de download de smaak van het publiek verbreed en verfijnd
heeft. Omdat elke film ooit gemaakt nu gratis ter beschikking staat,
zien we meer dan ooit tevoren. We spreken allemaal vloeiend filmtaal
en we kunnen naar hartenlust proeven en testen want we zijn niet
langer budgetgebonden of afhankelijk van wat de officiële distributiekanalen en de marketingmachine ons door de strot willen
duwen. Ik heb circa 500 films op mijn media-apparaat staan, maar 500 kopieën staan niet gelijk aan 500 nooit aangekochte legale schijfjes,
of 500 keer misgelopen inkomsten voor de filmindustrie: dat is een
klassieke denkfout. Als ik in de buidel had moeten tasten voor elke
film, dan was de omvang van mijn collectie misschien 20 procent van
wat hij nu is. Verandering van spijs, doet eten. En gratis spijs,
doet nog meer eten.
Toen ik dus in Coca de zaal uitliep na tien minuten om
mijn geld terug te vragen, was dat niet uit morele verbolging, maar
omdat de kopie zo slecht was, dat ik het geen vijf dollar waard vond.
Bovendien was ik nieuwsgierig naar wat er zou gebeuren.
Het
meisje aan de popcornbalie begrijpt me maar half als ik praat over
een copia no bueno,
maar dat kan aan mijn Spaans liggen. Ze zal de manager halen. Ik ga
zitten en maak me een voorstelling van het soort man dat open en
bloot slechte kopie-films vertoont in zijn bioscoop. Ik stel me een
penozefiguur voor, met vettig haar, een stoppelbaard, een gouden
ketting en een halfopen hemd. Iemand die eerst een pornobioscoop
uitbaatte, maar is doorgegroeid naar films zonder genitaliën in beeld.
Zou hij me vragen om vooral niet de politie te bellen? Moet ik
dreigen de politie te bellen om mijn geld terug te krijgen?
Het
fris geschoren jongmens dat zich presenteert lijkt in het niets op
een louche ondernemer. Een vriendelijke handdruk en ik begin weer over
een copia no bueno en
hij zegt in helder Engels, zonder een spoortje van irritatie of
paniek, dat hij weet dat het een kopie is. Dat deze bioscoop altijd kopieën vertoont. Maar dat ze normaal van goede kwaliteit zijn. Deze
kopie was dat niet en dat is een kwalijke zaak. Daarom krijg ik zeker
mijn geld terug. En, voegt de vriendelijke jongeman met nadruk toe,
hij zal een streng woordje wisselen met zijn leverancier, want het is
de bedoeling dat die altijd verifieert of de kopie van goede
kwaliteit is.
Ik verlaat de bioscoop verbouwereerd door de
vanzelfsprekendheid van illegale kopieën in een officieel uitziende
bioscoop, met filmposters, een snackbalie, comfortabele roodpluchen
zetels en bordjes met 'Dolby Digital Surround' op de deur. Maar dit
is Coca, zweterig oliestadje aan de Amazone, halverwege tussen niets
en nergens.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten