dinsdag 19 januari 2010

Vanuit de diepte

Ik ben er nog. 2010 blijkt tot nog toe niet bijster inspirerend. Ergens tussen kerst en nieuwjaar gingen de muzen op vakantie en sindsdien krijg ik geen letter meer op papier. Dat gebeurt me met enige regelmatig als ik werk aan het boek (dat dit jaar hoogstwaarschijnlijk nog niet bij de Bruna en de AKO zal liggen), maar het blog schreef zichzelf altijd. Nu dus niet.

Waarom kan ik niet schrijven? Daar zijn vijf redenen voor. Om met het meest zwakke excuus te beginnen: in Granada werd ik weer eens verkouden. Tropische koutjes zijn hardnekkig en blijven een paar weken bij je. Met een hoofd vol snot kan ik niet nadenken. (overigens werd ik verkouden, nadat mijn afweersysteem was verzwakt omdat ik een nacht had doorgebracht op het toilet, na het eten van kip die niet helemaal fris was).

Excuus nummer twee: de dingen hier verbazen me niet meer. Als je net van de boot komt is alles nieuw en anders en heb je nog een goed gevoel wat de lezers thuis – jullie – bijzonder en intrigerend zullen vinden. Gewenning maakt dat de impulsen van de omgeving minder helder doorkomen.

Drie: Midden-Amerika is een divers gebied, maar sommige plekken lijken onvermijdelijk toch erg op elkaar. Een nieuw oerwoud is uiteindelijk gewoon weer een oerwoud. Een tropisch eiland is een tropisch eiland en een koloniale stad is een koloniale stad. Je kunt slechts één keer schrijven over deze dingen zonder in herhaling te vallen. En de mensen zijn ook vaak gelijkend. Het wordt lastiger om nieuwe invalshoeken te verzinnen.

Verder: ik ben veel te actief geweest. Een vulkaan beklimmen, mountainbiken, kajakken, vijf uur lopen door de wildernis om een waterval te zien: allemaal mooi, maar ik schrijf alleen als ik geen zak te doen heb. Dus nu heb ik bewust een luie week op Little Corn Island, waar het omslaan van de pagina in m'n strandboek de meest inspannende activiteit is.

Daarnaast heb ik – mijns inziens – de lat steeds een beetje hoger gelegd. In het begin was alles goed genoeg, maar het streven om echt te schrijven en niet slechts te rapporteren werd steeds groter. Een stukje moest altijd beter zijn dan zijn voorganger. Zo schrijf je jezelf naar een writer's block.

Tot slot: ik was niet erg vrolijk de laatste weken. Eens in de zoveel tijd word ik overvallen – onaangekondigd en zonder duidelijke reden – door een kleine depressie. Dan haat ik mezelf en m'n omgeving. Om te schrijven heb je rust in het hoofd nodig. Eenzelfde soort rust die nodig is om eens lekker achterover te leunen met een goed boek, maar sterker.

Maar wanhoop niet, mijn lieve volgers! Ik voel langzaam weer wat komen (en dit keer is het niet de bedorven kip). Het Word-bestand van mijn blog is vervuild met onaffe stukjes. Losse paragrafen als deze:

'Er gaat een veerboot vanaf Ometepe naar Holland', zegt de taxichauffeur. Dat kan niet kloppen, want Ometepe is een eiland in een binnenmeer. Ik vraag hem het te herhalen. Nu versta ik: 'Eén van veerboten naar Ometepe komt uit Holland.' 'Begrepen, interessant.'

Ik hoop dat hij het onderwerp laat vallen, want van autoritten word ik extreem slaperig en dan heb ik geen zin in geouwehoer. Ik denk dat de beweging me herinnert aan de baarmoeder. 'Er staat een Nederlands woord op de boot', vervolgt de chauffeur, terwijl we over de onverharde wegen vol kuilen en keien hobbelen. Hij trapt op de rem om het leven te sparen van een felgroene boomslang die de weg oversteekt. 'Er staat “braccasan” op de boeg', vervolgt hij. 'Braccasan?', herhaal ik. 'Hoe spel je dat?' 'B-R-A-K-Z-A...' 'Brakzand!', roep ik uit. De chauffeur wil weten wat Brakzand betekent. Voor zover ik weet is het een wadden-dwerg, dus ik zeg dat het de naam van een klein eiland voor de kust is. De taxibestuurder knikt enthousiast.


Misschien dat ik er nog een paar oppak, misschien dat ik alles weg gooi en opnieuw begin. Hoe dan ook: zap niet weg.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten